R.N. Wessel & W. Heijenk
Tanden in de Schouder Zetten
Ronald Wessel is sinds 2009 werkzaam in het St Antoniusziekenhuis. Zijn opleiding heeft hij gedaan in Eindhoven, waar zijn interesse voor de schouder gewekt werd. Inmiddels heeft hij een bloeiende schouderpraktijk waar patiënten op de poli gezien worden door orthopedisch chirurg en fysiotherapeut. Op de operatiekamer houdt hij zich graag bezig met uitgebreidere pathologie zoals revisie prothesiologie en massale cufflaesies.
Naast deze klinische werkzaamheden is hij secretaris van de Dutch Shoulder & Elbow Society, en is hij faculty member van meerdere nationale en internationale schoudercursussen.
Een handige hand is wel zo handig, zeker voor een mondzorg professional. Maar om deze hand trefzeker te maken in de ruimte is een goede schouderfunctie essentieel. De schouder is een zeer mobiel gewricht, maar daarmee ook instabiel. Toch raakt de schouder niet bij iedereen uit de kom. Dit komt door een ingenieus balanssysteem. Maar hoe werkt dit?
De wijze waarop mondzorg professionals hun schouder gebruiken, maakt dat zij makkelijk bij zichzelf schouderklachten ontwikkelen. We zien op het schouderspreekuur veel topsporters met veel overeenkomsten maar ook elk met hun eigen karakteristiek. In hoeverre kan een mondzorg professional vergeleken worden met een topsporter? En wat kan je doen als je klachten hebt, of nog beter, hoe kan je ze voorkomen?
Om antwoord te geven op deze vragen is het belangrijk te begrijpen hoe een schouder functioneert. Dat ga ik u uitleggen.
Wieger Heijenk is fysiotherapeut en manueel therapeut met als specialisatie de complexe schouderproblematiek. Hij werkt in de eerste lijn in een praktijk in Zeewolde waar hij patiënten uit het hele land ziet met chronische klachten. Tevens is hij physician consultant op de schouderpoli van de Bergman kliniek in Naarden. Zijn aanpak is gebaseerd op de recente ontwikkelingen in de trainingsleer en hij past dit met veel succes toe bij schouderpatiënten.
In samenwerking met prof. dr. Maenhout van de Universiteit van Gent heeft hij wetenschappelijk onderzoek opgestart naar deze methode van behandelen. Tevens geeft Wieger cursussen en lezingen in het binnen- en buitenland.
Zijn aanpak is gebaseerd op de recente ontwikkelingen in de trainingsleer en hij past dit met veel succes toe bij schouderpatiënten. De kunst is om oefeningen te verzinnen die leuk en efficient zijn waardoor deze eenvoudig vol te houden zijn. Hoe kunnen we deze kennis vertalen naar een tandarts of mondhygiënist die at risk is voor schouderklachten?
